De eerste velddag in 2016 is voor een aantal werknemers alweer een feit. Vrijdag 29 januari was een veenmossenexcursie geregeld in de Weerribben, onder leiding van André Aptroot van Adviesbureau voor Bryologie en Lichenologie, waar wij mee samenwerken.
Veenmossen vormen vanwege hun ‘andere’ bouw een aparte klasse binnen de bladmossen. Het zijn planten die aan de bovenkant doorgroeien en aan de onderkant afsterven, zodat uiteindelijk veen wordt gevormd. Daarnaast hebben ze het vermogen om veel water op te nemen. Veenmossen kunnen grote kussens vormen in het landschap en nemen in plantengemeenschappen van hoogvenen en van diverse verlandingsstadia in laagveenmoerassen een voorname plaats in. Voor het natuurbeheer vormen ze dan ook een belangrijke groep van mossen.
In Nederland is veel veen afgegraven. Het natuurgebied de Weerribben behoort nog tot één van de mooiste laagveenlandschappen van ons land.
Grootte, bladvorm en kleur zijn enkele belangrijke determinatiekenmerken. Tijdens deze dag is hier veel aandacht aan besteed. Daarnaast kan de ecologische kennis over standplaatsvoorkeur van veenmossoorten ook helpen bij het op naam brengen van een soort.
Voorbeelden van ‘grote’ veenmossen die gevonden zijn: Gewoon veenmos, Wrattig veenmos en het vaak rood gekleurde Hoogveenveenmos. Overigens zijn de eerste twee genoemde alleen met behulp van een microscoop uit elkaar te houden. De ‘kleinere’ veenmossen die aangetroffen zijn, zijn Trilveenveenmos, Fraai veenmos, Slank veenmos en Sparrig veenmos. Verder zijn de ‘kleinere’ rood gekleurde veenmossen Stijf veenmos en Glanzend veenmos gevonden. Zeer bijzonder zijn de vondsten van Bruin veenmos en Kamveenmos, die beide slechts op een enkele plek in Nederland voorkomen.
Naast de veenmossen is ook aandacht besteed aan andere mossen. Op lagere en vaak vochtigere plekken langs bijvoorbeeld greppels komen Rood schorpioenmos en Sterrengoudmos veelal samen voor. Groot vedermos is hier meestal ook te vinden. Verder is het zeer zeldzame Groen schorpioenmos ook waargenomen.