Vegetatie- en habitatkarteringen

In een vegetatiekartering wordt de ruimtelijke verspreiding van vegetatietypen binnen een gebied in kaart gebracht. Het samen voorkomen van plantensoorten en de bedekkingen van die soorten op een bepaalde plek, bepalen tot welk type vegetatie de begroeiing op die plek gerekend mag worden. Een vegetatietype kan zeer indicatief zijn ten aanzien van de kwaliteit en samenstelling van bodem en water. Vergelijking met eerdere karteringen kan uitsluitsel geven over het succes van het gevoerd beheer. Ter onderbouwing van de typologie worden meestal vegetatieopnamen gemaakt. De beheerder krijgt door deze aanpak een goed inzicht in de staat en ontwikkeling van de vegetatie in het desbetreffende gebied.

Bij een habitatkartering worden habitattypes gekarteerd en worden tevens karakteristieke plantensoorten genoteerd. Een habitattype is een ecosysteem met karakteristieke geografische, abiotische en biotische kenmerken. De toedeling van habitattypes heeft zijn basis in Europese natuurwetgeving om de biodiversiteit op Europese schaal te waarborgen. De basis van een habitatkartering is een vorm van vegetatiekartering tezamen met een soortenkartering. De kartering wordt, net als bij een ‘reguliere’ vegetatiekartering onderbouwd met vegetatieopnamen. Na het veldwerk vindt de uiteindelijke toekenning van de vegetaties naar habitattypen plaats en wordt de kwaliteit van het habitattype bepaald. Dit is specialistisch en secuur werk omdat er allerlei arbitraire regels zijn opgesteld en de uiteindelijke toekenning van groot belang is, omdat zij de toetssteen is van doelstellingen omtrent Natura 2000-gebieden.

Luchtfoto-interpretatie
Referenties Vegetatiekarteringen
Referenties Habitatkarteringen