Dit jaar heeft van der Goes en Groot een aantal broedvogelinventarisaties uitgevoerd, onder andere in de duinen van Staatsbosbeheer Noordwijk.
De duinen van Noordwijk kennen een vrij afwisselend beeld: droge kale duinen met af en toe duindoornstruweel, dichte dennenbossen en open, stuivende duinen. Met name in deelgebied Coepelduynen zijn de duinen in beweging. Er is hier veel dynamiek, wat zorgt voor een open landschap en hieraan gebonden soorten als Graspieper, Kneu en Roodborsttappuit.
In de Zeereep, die veelal dichtgegroeid is met Duindoornstruweel en Vlier, bevinden zich de hoogste concentraties Nachtegalen en Grasmussen. Aan de rand van kleine duinbosjes zijn o.a. Boomleeuwerik, Gekraagde Roodstaart en Heggenmus vastgesteld. Af en toe is in dit soort biotoop een territorium van de Braamsluiper gevonden.
De binnenduinrandbossen, vooral bestaand uit dennenbos, zijn rijk aan bosvogels. Zo werden vijf territoria van de Boomklever vastgesteld. Grote bonte specht is een algemene verschijning met 35 territoria. Een leuke, zeldzame soort voor het Noordwijkse gebied is de Kleine bonte specht, die met drie territoria aanwezig was. Later in het seizoen zijn minimaal twee zingende Zomertortels opgemerkt. Bijzonder is het vastgestelde territorium van de Fluiter. Verder is een nest van een Havik gevonden.
In totaal zijn 44 verschillende soorten gevonden, in totaal goed voor 1432 territoria. De meest algemene broedvogel is de Grasmus met 282 territoria. Goede tweede is de Heggenmus met 254 territoria.